Noord-Holland veranderde voortdurend van vorm. Rond het jaar 800 is op het Y met 't aansluitende Wykermeer/ Crommenye na nog geen sprake van een serieus binnenmeer. Het Marsdiep (waardoor Texel en Wieringen twee aparte eilanden werden) en de doorbraak boven Callantsoog ontstonden pas in de 12e eeuw. Begin 15e eeuw breekt de Noordzee op diverse plaatsen door de duinenrij....
Tot ±800 waren dijken niet echt nodig. Het land was overdekt met een dik pakket hoogveen en bleef vanzelf droog. Houtkap en ontginning stelden het veen bloot aan weer en wind, waarna oxidatie het veen deed verdwijnen, de bodem deed dalen en de wateroverlast toenam. Vijf zware stormvloeden waaronder de Allerheiligenvloed van 1170 overspoelden het land waarna het water zich opeens niet meer geheel terugtrok en de binnenmeren ontstonden. Elke storm zorgde voor afkalving van de weke, met water doordrenkte bodem en de meren werden met elke storm groter. De invloed van eb en vloed waren ver landinwaarts te merken. Het was een kwestie van tijd tot de Noordzee definitief verbinding zou maken met de diverse binnenmeren om er één grote binnenzee van te maken.
Door de betrouwbaar wordende landmeting weten we redelijk zeker hoe Noord-Holland er in het begin van de 17e eeuw uitzag. De watervlakten binnen de provincie waren op dit moment op z'n grootst. Als er niets tegen het opdringende water ondernomen was, wat zou er dan gebeurd zijn?
Hoe zou Noord-Holland er dan uitgezien hebben?
De situaties rond 800 en 1350 zijn gebaseerd op reconstructies door het ROB (Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek) en Hoogheemraadschap Noord-Hollands Noorderkwartier. De situatie voor de Allerheiligenvloed (1170) is hypothetisch.