weekblad-logo

week 02-2021

Fotoquiz snelste

De snelste met het juiste antwoord op de foto van vorige week was Ria Scharn. De nieuwe opgave komt dan ook van haar. Een sneeuwfoto, maar verre van romantisch. De twee tuitgevels staan er vandaag nog steeds en de puinhoop ertussen is vervangen door woningen met een best acceptabel uiterlijk. Waarom in de rest van de stad niet ook zo? De vraag is:

Welke adres draagt het huis dat hiervoor in de plaats kwam?

Let u ook nog even op de gevelsteen van het rechter huis?

Oplossingen via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

 

We wilden u via een tweede vraag even laten puzzelen op deze foto. Dat dit de speelplaats was die na wat sloopwerk op de Zeedijk aangelegd werd, was al snel duidelijk. Die huizen op de achtergrond stonden dus in een zijstraat van de Zeedijk maar daar heeft u keus uit een aantal. Het hielp natuurlijk dat we allemaal weten dat de speelplaats weer plaats heeft gemaakt en wel voor de Chinese tempel. Dan moet de zijstraat de Molensteeg zijn.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

 

Goede oplossingen kwamen van Ria Scharn, Jos Mol, Robert Raat, Fanta Voogd, Ger Lange, Arjen Lobach, Bert Brouwenstijn, Otto Meyer, Han Mannaert, Adrie de Koning, Mike Man, Aschwin Merks, Anneke Huijser, Harry Snijder, Lieuwe Karbet, Hans Goedhart, Hans van Efferen,

Fotoquiz: Jos' keuze

De keuzefoto's betreft deze week een locatie buiten de Singelgracht.

Het gaat Jos om het ronde gebouw en wil graag van u weten waarvoor het gebouwd werd.

De vraag is:

Wat was de eerste bestemming van dat ronde gebouw?

Oplossingen graag via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing: Harry's keuze

In 1903 legde de ESM een tramspoor van Amsterdam (Spui) naar Haarlem aan via Sloterdijk. Er werd direct een weg langs aangelegd waar de maatschappij huizen aan mocht bouwen. Dat werd de Admiraal de Ruijterweg en daar ziet u op de foto het eind van, vlak voordat die uitmondde op de Haarlemmerweg. Op de achtergrond ziet u huizen die aan de Haarlemmerweg stonden. Uiteraard is het hier, na de annexatie van 1921, totaal bebouwd. Zie ook de foto hieronder en in de Beeldbank.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Ria Scharn, Anthony Kolder, Aschwin Merks, Anneke Huijser, Bert Brouwenstijn, Hans van Efferen,

Heeft u ook een opvallende foto gevonden?

Laat ons meegenieten en stuur hem naar de redactie. Het onderwerp kan zich zowel binnen als buiten de Singelgracht bevinden. Wij verwachten wel een niet alledaags beeld dat ook niet-buurtbewoners wel eens op het netvlies kregen. Graag via deze link en alléén via deze link a.u.b. Blijf sturen!

Fotoquiz Wat? Waar?

Hier is iets aan de hand. Als buurtgenoten en passanten zo bijeen drommen is er iets loos. Ze kijken niet vreugdevol dus het is geen vrolijke gebeurtenis. De vragen zijn:

Welke straat is dit?
Wat was er gaande?

U weet het intussen... beide vragen moeten goed worden beantwoord voor een vermelding.

Laat het ons weten via deze link

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Oplossing vorige week

 

Zonder dat we dat opzettelijk deden hebben wij u gefopt. Wat we straatnaambordje noemden, was helemaal geen straatnaambordje maar een onderdeel van de zijgevel van een huis aan de Tweede Laurierdwarsstraat. Op die straat had u moeten komen door het ontcijferen van de tekst op de winkelruit van het huis met het nummer 44: het Mosselpaleis. Met die tekst krijgt u in de Beeldbank in één klap de naam van de straat. Dan heeft u nog een oude kaart nodig waar de huisnummers uit de tijd van deze foto op staan en dan ziet u dat deze straat een pad kruist met aan deze zijde de naam Schoone Weespad en aan de overkant het Vuile Weespad. Dit pad is naar alle waarschijnlijkheid een oer-pad dat door de Jordaan ingesloten werd. Er stonden reeds huizen aan dat pad die niet afgebroken hoefden te worden. Er zijn meer paden en gangen die dezelfde geschiedenis hebben en pas tijdens de grote sanering van de Jordaan de een na de ander verdwenen. De beide Weespaden zijn er nog steeds maar wel afgesloten met een ijzeren hek. Tegenwoordig hangt er wel een straatnaambord maar eentje van het officieuze soort: wit met blauwe letters zoals voor voormalige gangen en paden wordt gebruikt.

 

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Anneke Huijser, Kees Huyser, Ria Scharn, Anthony Kolder, Jos Mol, Adrie de Koning, Aschwin Merks, Mike Man, Otto Meyer,

Met de camera op pad...

 

 

 

Pieter Klein maakte weer een wandeling door de stad en dacht daarbij ook aan ons. Hij maakte een foto van deze bonte steeg en u moet raden waar dit is.

Welke steeg is dit?

Oplossingen graag via deze link

Foto: © Pieter Klein

Foto van vorige week

Dit fraaie rijtje staat aan de Prinsengracht en er achter is het Deutzenhofje verborgen. De poort op straatniveau is de hoofdingang naar het hofje en draagt het huisnummer 857. De huisjes op het hofje zijn genummerd 859-897 en de huizen links en rechts van de poort nummeren 855 en 899. Die behoorden niet tot het hofje maar werden verhuurd ter dekking van de kosten.
U leest meer over dit hofje in de serie van Jos Mol en Adrie de Koning in week35-2018 en de PDF door Dr. I.H. van Eeghen.

Foto: Stadsarchief Amsterdam

Goede oplossingen kwamen van Arjen Lobach, Adrie de Koning, Kees Huyser, Anneke Huijser, Jos Mol, Jan Six van Hillegom, Anthony Kolder, Ria Scharn, Dirk Fuite, Herman Schim van der Loeff, Aschwin Merks, Robert Raat, Mike Man, Otto Meyer, Han Mannaert, Bert Brouwenstijn, Hans van Efferen, Harry Snijder, Hans Olthof,

Hulp gevraagd...

 

Weer een foto in de Beeldbank waar men geen naam en locatie aan wist te plakken. Een leegstaande kerk die gebruikt wordt als opslag o.i.d. De vraag is: Welke kerk is dit? Staat/stond deze kerk in Amsterdam?

Welke kerk is/was dit?

U kunt de foto weer klikken voor een grotere versie in de Beeldbank.

Als u het weet, laat het ons weten via deze link

 

Foto: Stadsarchief Amsterdam

 

Is reeds opgelost!

en dan nog even over...

 

...Isadora Duncan. Kees Boas vond het jammer dat wij een foto scanden uit een boek, om te laten zien wie Isadora was en hoe haar performance er uit zag. Hij wist een veel fraaiere foto.
Hierbij zijn bijdrage.

Nog meer over Isadora: ze dook in Nederland een nieuwe vrijer op en sleepte die mee door Europa..., tot ze hem zat was natuurlijk. Ze baarde nog wel een kind van hem, ook in Nederland.

Foto: Arnold Genthe / Wikipedia

redactioneel

Bernard Bijvoet, side-kick van menig ander architect

De op de Binnenkant geboren Bernard Bijvoet (1889-1979) was een klassiek opgeleide architect, wat betekent dat hij in Delft een opleiding bouwkundig ingenieur volgde. Hij was jaargenoot van Jan Duiker die dezelfde opleiding volgde en waarmee hij een innige en levenslange vriendschap zou onderhouden. Na hun opleiding richtten zij samen een eigen bureau op waar de taken al snel verdeeld waren. Duiker was de geniale vormgever en Bijvoet was de kunstenaar die de binnenruimten voor zijn rekening nam. Hun bureau verhuisde in de beginjaren mee met de opdrachten, te beginnen in Den Haag, daarna Zandvoort omdat dat centraal lag voor orders in Den Haag, Rotterdam, Amsterdam en Alkmaar. Zodra er grotere en/of industriële opdrachten binnenkwamen zochten zij ondersteuning van een expert op dat gebied: Jan Gerko Wiebenga.
Menig ontwerp staat op naam van Jan Duiker terwijl toch alleen het uiterlijk van zijn hand kwam maar de invulling op naam van anderen hoort te staan. Voor een optimaal geluid in de zaal van Cineac Reguliersbreestraat bijvoorbeeld werd de technicus J.J.de Ridder aangetrokken die met de paraboloïde op de proppen kwam (lees Jb2015 week 14).
Op het onmogelijke grondstuk creëerde Duiker op meesterlijke wijze een bioscoop, gebruikmakend van de bestaande funderingen van drie huizen. De staalconstructie die alles moest dragen, is waarschijnlijk van Duiker.

Dat zullen we in het vervolg van dit stukje vaker horen: "waarschijnlijk door Bijvoet gedaan". Bijvoet was meer dan bescheiden, geen geldingsdrang waar het zijn aandeel betrof, alleen geïnteresseerd in het eindresultaat en als dat geslaagd was, was hij volmaakt tevreden.
Op 19 september 1925 vertrok Bijvoet met vrouw en dochtertje tamelijk plotseling naar Parijs. Hij werd er waarschijnlijk heen gelokt door het vooruitzicht te werken aan de wereldtentoonstelling Exposition Internationale des Arts Décoratifs et Industriels Modernes in datzelfde jaar, werk dat precies in zijn straatje paste. Niet alleen door de betrokkenheid van hun bureau bij de Nederlandse inzending, maar de gezamenlijke onderneming bracht te weinig op voor twee gezinnen. Er was absoluut geen haar in de boter tussen Duiker en Bijvoet, integendeel. Bijvoet bleef volwaardig lid van het maatschap en reisde dan ook regelmatig naar Amsterdam waar zij hun bureau naar hadden verhuisd. Wiebenga bleef wel los/vast verbonden met Duiker.

Op de afbeelding boven een huiskamer van Michiel de Klerk in de Nederlandse inzending op de tentoonstelling in 1925 te Parijs

Tijdens de tentoonstelling had Bijvoet de Franse architect en interieurontwerper Pierre Chareau ontmoet en toen het werk er voor Bijvoet op zat haalde Chareau hem over voor hem te komen werken. Chareau was naast Le Corbusier de toonaangevende architect van het 'Nieuwe Bouwen'. Bijvoet werd ingehuurd per opdracht wanneer de ontwerpen van Chareau technisch mogelijk gemaakt moesten worden (en de meester dat zelf niet voor elkaar kreeg). Spraakmakende projecten die op naam van Chareau staan, werden mogelijk gemaakt door de bijdrage van Bijvoet. Het eerste project was een clubhuis voor Golf de Beauvallon en het klapstuk van de samenwerking is het Maison de Verre (Maison Dalsace; foto) in Parijs. Bekijk deze film over het bouwen van het huis en let vooral op de afdeling staalgebruik bij het meubilair: allemaal werk van Bijvoet met hulp van de kunstzinnige smid Dalbet. Eileen Gray, zelf ontwerpster van bewegende meubelen, stelde: "...it wasn't Pierre [Chareau], you know. It was that very clever Dutchman".

Op de afbeelding het interieur van het Maison de Verre in Parijs waaraan Bijvoet meewerkte

Na de samenwerking met Chareau werkte Bijvoet vanaf 1932 op uitnodiging bij het bureau Beaudouin & Lods, eveneens in Parijs. Hij had vooral goed contact met Marcel Lods die meerdere keren met hem naar Nederland reisde om werken te bekijken. Lods was daar erg enthousiast over. Bijvoet nam deel aan diverse projecten waaronder een openluchtschool (foto) in Suresnes. Ongetwijfeld heeft hij zijn ervaring met de bouw van eenzelfde soort school in de Cliostraat te Amsterdam ingebracht. Ook dat project staat op naam van Duiker maar werd uitgevoerd door het bureau Bijvoet-Duiker.

Op de foto de openluchtschool in Suresnes (FR)

Door het overlijden in 1935 van Jan Duiker keerde Bijvoet tijdelijk naar Nederland terug, om de onderhanden werken van het bureau af te ronden. Het belangrijkste project was hotel/theater Gooiland dat het jaar ervoor net opgestart was. De bouw zou van 1934 tot 1940 duren en al tijdens Bijvoets werk in Parijs moest hij regelmatig naar Amsterdam afreizen. Hij logeerde dan bij Duiker thuis. Ook de begrafenis op Zorgvlied op 25 februari woonde Bijvoet bij.
Bijvoet zou zich onthouden van grote wijzigingen aan het ontwerp voor Gooiland, ook wanneer zaken niet optimaal waren. Op het interieur ging hij wel helemaal los.

In 1937 vestigde Bijvoet samen met Beaudouin & Lods een architectenbureau op de Herengracht 14 in Amsterdam. Financieel werd dit geen succes, ook al werden er enkele opdrachten voor hoogbouw in Amsterdam en Rotterdam binnengehaald. Zonder het werk aan Gooiland zou het bureau snel gesneuveld zijn. De Franse vestiging van deze samenwerking bouwde met meer succes woontorens in Drancy bij Parijs (foto links). Bezig aan dat project werd Bijvoet door de binnenvallende Duitsers verrast en was hij gelukkig bij zijn gezin dat in Frankrijk was blijven wonen. Door te verhuizen naar de vrije zone van Vichy-Frankrijk kon de familie in betrekkelijk gunstige omstandigheden de oorlog doorkomen. Beaudouin had nog in 1939 de samenwerking opgezegd en heeft verder op eigen houtje gewerkt. Wat Bijvoet tijdens de oorlog uitvoerde is nauwelijks gedocumenteerd. Na de bevrijding van Frankrijk bleek het onmogelijk om als architect in Frankrijk aan de slag te komen en in 1946 is hij terug gekeerd naar Nederland. Hij verbleef in een kamer in hotel Gooiland. Zijn echtgenote Co bleef - na een scheiding in april - in Frankrijk, zijn dochter Wimmie trok bij haar vader in, zijn zoon bleef bij zijn moeder wonen.

Over Lods als Bijvoets partner werd na de oorlog niet meer gesproken en Gerard Holt trad aan als compagnon. Beide architecten verkaste naar Haarlem. Onder de grotere objecten waren een aantal schouwburgen want daar had Bijvoet inmiddels ruime ervaring mee (o.a. Apeldoorn, Nijmegen, Heerlen). Hij werkte met tussenpozen tot het eind van zijn leven aan een Opera-, annex Muziekgebouw in Amsterdam. Vanaf 1956 tekende hij aan een operagebouw op het Frederiksplein, wat niet doorging. De bouw kwam in de plaats van een nieuw stadhuis, dat evenmin doorging. Vanaf 1960 was hij in de weer met een operagebouw dat i.p.v. de oude RAI in de Ferdinand Bolstraat zou komen. Ging ook niet door. Naast het toekomstige theater liet een Japanse keten een Okurahotel bouwen, ook door Bijvoet en Holt. De Japanners waren op z'n zachtst gezegd 'not amused' toen het theater er niet kwam en hun hotel bijna af was en in het luchtledige stond, buiten het centrum. Het heeft het Amsterdams stadsbestuur een hoop moeite en toezeggingen gekost om deze rel te sussen.

Op de foto het Okura Hotel van 1971; foto: Wikipedia

De bouw van het nieuwe stadhuis op het Waterlooplein was een dergelijke martelgang, die arme prijswinnaar Holzbauer bijna tot waanzin dreef. Om dat project vlot te trekken werd het nog steeds niet uitgevoerde operagebouw erbij gevoegd en weer moest Bijvoet opdraven, maar hij was nijdig dat een Oostenrijker werd verzocht het ontwerp te maken terwijl Bijvoet daar al jaren mee bezig was. Wanneer u het sterfjaar van Bijvoet hebt opgemerkt, weet u dat hij dat nooit af heeft kunnen maken. Compagnon Holt weigerde de opdracht over te nemen en schoof die door naar zijn schoonzoon Cees Dam.

Op de foto hierboven presenteren op 25 september 1981 Holzbauer en Dam de maquette van de Stopera.

Dan nog iets over de mens Bernard Bijvoet. We vertelden al dat hij meer kunstenaar dan pragmatisch architect was. Hij leefde voor zijn werk en had voor zichzelf niet veel geld nodig wat er op neerkwam dat hij een miserabel zakenman was. Hij kon zich verliezen in kostbare kleinigheden die de winst vaak lieten verdampen. Omdat hij een man was die altijd een vakbroeder om zich heen nodig had, bezorgde hem die instelling vaak onmin, ook met Holt die naast zijn baan professor aan de TU Delft was. Bijvoet werd daar ook voor gevraagd maar weigerde. Tijdens WOII hadden Beaudouin en Lods het gezin Bijvoet ondersteund met leningen die hij na de oorlog moest terug betalen. Daar zorgde Holt voor na het overeenkomen van een redelijke afbetalingsregeling. Bijvoet weigerde interviews die over projecten uit het verleden moesten gaan. Hij wilde alleen in de toekomst kijken en schoffeerde menig journalist met de woorden "Heb je niets beters te doen? Ga zelf naar die projecten kijken en laat die voor zich spreken."

Op de foto Gerard Holt en Bernard Bijvoet in 1979; foto Wikipedia

Vader en zoon Blaeu: kaartenmakers -3 (slot)

Na het overlijden van zijn vader moest Joan de kar zelf trekken en dat ging hem goed af. De steeds maar uitdijende atlassen en beschrijvingen van ‘het aardrijk’ waren internationaal een succes, mede omdat ze in alle belangrijke Europese talen werden uitgebracht. De nieuwe productieruimte aan de Bloemgracht raakte overbelast en er moest naar uitbreiding omgezien worden. In 1666 verhuisde de drukkerij van achter de winkel naar de leegstaande Latijnse school in de Gravenstraat. Op het grote erf er achter, bereikbaar door een poortje in de Gravenstraat ontstond een uitgebreide drukkerij, de afwerking bleef plaatsvinden aan de Bloemgracht.

Op de tekening links van Herman Schouten (1788) de Gravenstraat 18-22. Op nr.22, achter de lantaarnpaal, de voormalige Latijnse School waar Joan Blaeu in 1666 zijn drukkerij inrichtte. De doorgang naar het achtererf was tussen de nrs. 18 (De Drie Fleschjes) en 20. Zie ook de plattegrond hieronder.

Tek: Stadsarchief Amsterdam

Op 22 februari 1672 ontstond een verwoestende brand in dit complex. Bestrijden ervan werd bemoeilijkt door de zeer strenge vorst waardoor de brandspuiten bevroren. Alle negen drukpersen, toen nog met een houten constructie, gingen verloren. Gelukkig voor hem dat niet de hele productie en verkoop op één locatie was bijeengebracht. Ondanks dat leed het bedrijf toch een schade van naar schatting ƒ350.000. De inmiddels bejaarde Joan, hij was toen 74 jaar oud, bouwde de drukkerij nooit meer op die plek op maar deed het met de productiemogelijkheden die op de Bloemgracht waren. De weduwe liet op het vrijgekomen erf achter de Gravenstraat huurhuizen bouwen, een locatie die verder als ’t Blaeu-erf bekend bleef.

Hierboven de stadskaart van Amsterdam zoals die in 1649 door Blaeu werd uitgebracht. In feite is dit een doorontwikkeling van een kaart uit 1632 door Hondius. Het beeld is dat van de Derde Uitleg met ingeschetst de bolwerken zoals die aanvankelijk voor de Vierde Uitleg gedacht waren. Daar zou een flinke wijziging in komen door de aanleg van de Oostelijke Eilanden die mede ingesloten zouden gaan worden. Wel is op de kaart de basis van Kattenburg al verwerkt, een werk dat in 1641 begon. Van deze kaart zijn tot minimaal 1653 meerdere versies uitgebracht. Deze ingekleurde versie werd voor het stedenboek Tooneel der Steden van de Vereenigde Nederlanden vervaardigd.

Anderhalf jaar na de brand stierf Joan Blaeu op 21 december 1673, 75 jaar oud. Hij werd begraven in de Westerkerk. Na zijn dood zetten zijn zonen Joan Jr. en Pieter de drukkerij voort. Joans weduwe verkocht de inventaris van winkel en uitgeverij in een serie veilingen die tot 1677 doorgingen. In 1678 volgde de verkoop van de winkel Inde Vergulde Sonnewijzer die – heel slim meeliftend op de goede naam van Blaeu – door Pieter Goos bemachtigd werd en waarin deze zijn uitgeverij van boeken en kaarten voortzette. In 1684 ging de drukkerij van Joans zonen voor vier uitgevers liturgische boeken drukken en er zou nooit meer een kaart uit hun handen komen.

Schilderij: Joan Blaeu door Jan van Rossum -1663; Amsterdam Museum

Alle hoeken van het Koningsplein

Vandaag laten wij u alle hoeken van het Koningsplein zien. Wees gerust..., dit is geen dreigen met fysiek geweld, alleen maar een aankondiging van extra aandacht voor de vier hoeken van dat plein waar markante winkelpanden de bestaande bebouwing vervingen. Winkeliers hebben - sinds etalages belangrijk werden - altijd al voorkeur voor hoeken gehad, waarmee ze de voorkeur van cafés overnamen.

We laten een korte geschiedenis van het Koningsplein voorafgaan...

Hier begon de eerste belangrijke uitvalsweg: de Heylighe Wegh voor de bedevaartgangers, die de eerste bloei voor Amsterdam brachten.  Naast de weg werd een weersloot vergraven tot vaarweg voor goederen- en personenvervoer naar o.a. Haarlem en Leiden: de Overtoomsevaart. In de Middeleeuwse ommuring was ter plaatse een stadspoort die vanwege misbruik weer gesloten werd en bij de Tweede Uitleg vervangen door een nieuwe poort: de Heiligewegspoort. Om het stadswater aan te sluiten op de Overtoomsevaart was van het Singel een dwarsgracht gegraven: de Heiligewegsburgwal. Deze gracht had nog meer functies in het zestiende-eeuwse waterbeheer; gelijktijdig werden ook de Brouwersgracht, Blauwburgwal, Warmoesgracht, Beulingsloot en de Reguliersgracht gegraven.
Bij de Derde Uitleg was de ruimte tussen het Singel en de omwalling (=schans) bebouwd, waarmee de gevelwand van de latere Herengracht (oneven huisnummers) gevormd was.
Tussen de Derde en de Vierde Uitleg werden de plannen echter gewijzigd en werd de reeds ingezette loop van de Herengracht gewijzigd, precies ter hoogte van de Heiligewegsburgwal.

Ter voorbereiding op de Vierde Uitleg werd dat grachtje in 1662 gedempt waardoor een riant plein ontstond: het Koningsplein. Door het verleggen van de Herengracht werd dat plein minstens twee maal zo groot en het Koningsplein kreeg een nieuwe gevelrij erbij, de huisnummers 14- 20 (zie op het kaartje links de rode lijn voor de oude rooilijn). De stad forceerde de bewoners aan de Herengracht de grond voor hun perceel erbij te kopen en hun huis uit te breiden tot aan de nieuwe rooilijn. De winst aan ruimte was in de buurt van het Koningsplein dermate groot dat de eigenaren nieuwe huizen vóór hun oude lieten bouwen en die in de loop der jaren soms een zelfstandig leven zijn gaan leiden.
Het resultaat was een plein met bebouwing van zeer verschillende aard en kwaliteit en dat staat zelden garant voor een fraai geheel. Waar gelijke omstandigheden de Blauwburgwal en de Warmoesgracht tot juweeltjes maakten, was het Koningsplein een allegaartje.
In de negentiende eeuw begon de jacht van winkeliers op hoekpanden om die uit te bouwen tot grote winkels met steeds grotere etalages om de waren te tonen.

In 1890 werd verzekeringsmij. Kosmos eigenaar van Koningsplein 1 (vroeger Singel 476) en Singel 478, liet die panden afbreken en vervangen door een winkel-/kantoorpand in neo-barokstijl naar ontwerp van Theodoor Schill en D. Haverkamp (uit de school P.J.H.Cuijpers). De begane grond werd in 1929-’30 flink verbouwd door Harry Elte voor juwelier Spyer.

Op de foto hierboven een fragment van de oude bouw van Singel 476.

In 1891 liet de eigenaar van Herengracht 441 en Koningsplein 13, Laurens de Ridder, beide huizen afbreken en vervangen door een hoog winkelpand in neo-renaissancestijl. De architect was Jan van Looy. De lange gevel aan het plein werd het front van de winkel die vandaag nog steeds een voorname uitstraling heeft.

De tekening boven is een detail uit een tekening van J.H.Prins van ±1880 met brug #29, de Koningssluis.
Hieronder de voorgaande bebouwing van Herengracht 439, links uit 17e eeuw en rechts van 1771.

In 1904 werd Petrus Broekmans eigenaar van het uit 1771 stammende en tot winkelpand verbouwde Herengracht 439 en Koningsplein 20 (foto rechtsboven). Dat was weliswaar een groot statig pand maar volgens Broekmans als modern winkelpand onbruikbaar. Hij gaf de architecten Jacot en Oldewelt opdracht een nieuw gebouw te ontwerpen voor zijn kledingmagazijn. Broekmans had grote invloed op het resultaat wat een zeer afwijkend resultaat opleverde. De etalageruiten waren immens  maar de gevel verder weinig gedetailleerd. Men vraagt zich nog steeds af of Broekmans een modernist was of alleen maar krap bij kas.

De volgende tekst komt van de site amsterdamsegrachtenhuizen.nl:

Het huisje achter Herengracht 439 kwam weer te voorschijn bij de afbraak voor het nieuw pand van Broekmans. Het huisje heeft een gevelsteen: Een man met een punthoed, waaronder O.M.: volgens de grondpapieren "De Oude Man" en met twee stenen met "Anno" - "1638". Maar de scheef opgezette kap is waarschijnlijk van een latere datum. ‘t Is van gebakken steen, in Brabants verband gemetseld en met zandsteen geschakeerd, en het prijkt met een mooi gesneden puilijst, twee jaarsteentjes en de gevelsteen. Als dit huisje gebouwd wordt is het Koningsplein nog een grachtje: de Heiligewegsburggracht en er stonden maar een zes of zevental huizen, naar de zijde van het Singel. In 1633 is de Heiligewegspoort, die aan ‘t andere eind van de Heiligewegsburggracht staat, geheel vernieuwd en van datzelfde jaar dagtekent het huisje de Oude Man, dat met zijn voorgevel aan de oude rooilijn staat waar later de Herengracht komt. Die gracht wordt doorgetrokken, in het 1663. De Heilige-wegs-poort wordt daarna afgebroken, en de Heilige-wegs-burgwal dichtgeworpen en in een plein veranderd, waarbij het terrein waar de poort had gestaan wordt verkaveld. De rooilijn der bestaande huizen doortrekkende, krijgt de stad er vier erven bij aan de Noordwestzijde van ‘t nieuwe plein beschikbaar ( zie ook het tabblad "Oude Rooilijn) en de zijgevel van de Oude Man blijft op eenige afstand van het Koningsplein en als zijn voorgevel van de (nieuwe) Herengracht. De bouwmuren zijn nog opgenomen geweest in het pand van Broekmans, waarop de foto's ook duidelijk nog de lichthof aanwezig is. Bij de latere verbouwing in 1914 is de gevel geheel verdwenen.

Alle afbeeldingen komen uit de Beeldbank SAA

Volgende week de laatste hoek: Nieuw Engeland; alle afbeeldingen Stadsarchief Amsterdam

YouTube: Rondvaart

 

Nu eens geen oude filmbeelden maar een rondvaart door de ogen van onze oosterburen.

Klik de afbeelding om te starten

Deze week honderd jaar geleden

Donderdag 13 januari 1921 - Tumult en obstructie tijdens de avondzitting van de Gemeenteraad. Overdag is de situatie van het Gemeentegirokantoor besproken. Die zit vreselijk in de maag met de inning van de kwitanties voor de levering van gas, licht en telefoon. Dat zijn drie gemeentelijke diensten met drie verschillende administraties en daar loopt de administratie van de Gemeentgiro op stuk. Het opzetten van een administratie waarbij alle rekeningen van de Diensten gestroomlijnd worden, kost handen vol geld. Politiek rechts wil dan het hele Gemeentegirokantoor maar opheffen en de inning bij een particulier bedrijf onderbrengen. Links is daar op tegen omdat de gevolgen ten nadele van de klant zullen zijn. Als de Raad er ook in de avondzitting niet uitkomt wil de voorzitter (wethouder Wibaut de Machtige; linker foto) er een eind aan maken en morgen verder gaan. Daar gaat de Communistische Partij bij monde van David Wijnkoop (rechter foto) tegen tekeer en dreigt alle verder te behandelen zaken te zullen boycotten. Raadslid Lisser (CP) dreigt al zijn toespraken voortaan achterstevoren te zullen houden. Noot: de redacteur van De Telegraaf (J.C.S.) die verslag doet, meent dat geen der aanwezigen dat zal opmerken.
Op 19 januari heeft B&W overleg met alle voorzitters van Raadsfracties achter de rug van de CP om. Onderwerp is wijziging van het Reglement van Orde voor de Raad. Hiermee moeten in de toekomst situaties als op 13 januari voorkomen worden.

Oude afleveringen

Hieronder weer een keuzemenu naar oude afleveringen van het jaar 2020. De keuze 2014 t/m 2019 leidt naar de laatste aflevering van het betreffende jaar, met onderaan een eigen menu voor dat jaar.

2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 wk01 wk02 wk03 wk04 wk05
 

Aanmelden voor deze digitale uitgave    -    Afmelden voor deze digitale uitgave